Jaarverslag 2020, Stichting Pensioenfonds Essity
Stichting Pensioenfonds Essity Jaarverslag 2020 36 S5: Kredietrisico: Het effect van een daling van de gewogen gemiddelde rentemarge (credit spread) met 40%. Er is tevens een correlatie van 50% tussen zakelijkewaardenrisico en kredietrisico. S6: Verzekeringstechnisch risico: Het verzekeringstechnische risico wordt bepaald door het procesrisico, de onzekerheid in de sterftetrend (TSO) en de negatieve stochastische afwijkingen (NSA) volgens de volgende formule: S6 = procesrisico + √ (TSO 2 + NSA 2 ) S8: Concentratie risico: Het risico van te weinig spreiding van activa en passiva. De berekening sluit aan bij de Solvency II- richtlijnen voor verzekeraars, echter vanaf 2016 hoeft deze niet meer meegerekend te worden (nul). S10: Actief beheer risico: Actief beheer risico ontstaat indien vermogensbeheerders actief beheer voeren op (delen van) de beleggingsportefeuille. Deze wordt berekend indien de tracking error meer dan 1% bedraagt. Indien sprake is van leverage (bij vastgoed) wordt de buffer verhoogd. Pensioenverplichtingen voor risico fonds Bij de berekening van de contante waarde van de opgebouwde toekomstige aanspraken per 31 december boekjaar is uitgegaan van de volgende actuariële grondslagen: Sterfte en interest 2020 2019 2018 2017 Prognosetafel Prognosetafel Prognosetafel Prognosetafel Overlevingstafel AG2020 AG2018 AG2018 AG2016 Startjaar 2021 2020 2019 2018 Ervaringssterfte Essity2017 Essity2017 Essity2017 SCA2017 Rente RTS ultimo 2020 2019 2018 2017 1-jaarsrente primo -0,235% -0,235% -0,260% -0,217% Vaste rekenrente 0,19% 0,76% 1,43% 1,56% Gehuwdheid Bij de vaststelling van de voorziening voor partnerpensioen wordt het onbepaalde partnersysteem gehanteerd. Hierbij worden de volgende partnerfrequenties toegepast (op tussenliggende leeftijden wordt lineair geïnterpoleerd): Leeftijd Mannen Vrouwen jonger dan 18 0,000 0,000 18 0,011 0,053 25 0,530 0,795 30 0,742 0,901 35 0,954 0,901 50 0,954 0,901 65 0,954 0,742 68 0,954 0,742 Voor het uitruilbare partnerpensioen wordt de partnerfrequentie op pensioenleeftijd op 100% verondersteld. Leeftijdsverschil en vaststelling leeftijd Het leeftijdsverschil tussen man en vrouw is op 3 jaar gesteld (man ouder dan vrouw). De leeftijd voor de berekening van de voorziening wordt op maandbasis nauwkeurig bepaald. Uitkeringen Aangenomen wordt dat de pensioenuitkeringen continu (zullen) plaatsvinden. In de praktijk wordt in maandelijkse termijnen achteraf uitgekeerd. Het wezenpensioen wordt verondersteld te worden uitgekeerd tot aan de 27-jarige leeftijd. Kosten De kostenvoorziening in 2020 is ongewijzigd ten opzichte van 2019 (2,5%). Methoden van reserveberekening Bij de reservering van de in uitzicht gestelde pensioenen wordt ervan uitgegaan dat per de balansdatum alle aan de verstreken diensttijd (dit is inclusief extra jaren uit waardeoverdrachten, vrijwillig ingekochte ouderdomspensioenjaren en eventuele garantiejaren) toe te rekenen pensioenaanspraken zijn ingekocht. De voorziening pensioenverplichtingen is bepaald als de contante waarde van deze per de balansdatum opgebouwde pensioenaanspraken, vermeerderd met de contante waarde van de ingegane pensioenen. Bij de (gedeeltelijke) arbeidsongeschikte deelnemers (dit zijn deelnemers met ingegane WIA/WAO-uitkeringen) wordt voor de invaliditeitspensioenen (WIA/WAO-hiaat- en WIA/WAO- excedentuitkeringen) en de toekomstige opbouw van de pensioenen uit hoofde van de (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid bij de bepaling van contante waarde van deze verplichtingen verondersteld geen revalidatie plaats te vinden. De opbouw valt onder bepalingen van het pensioenreglement. Voorziening voor risico deelnemers Deze voorziening wordt opgebouwd uit (1) de afgedragen premie voor de Beschikbare Premieregeling van de werknemers van gemiddeld 2,8% van het pensioengevende salaris verhoogd met (2) het rendement op de beleggingen en (3) verminderd met de ingekochte pensioenen. De beleggingen voor deze regeling worden voor rekening en risico van de deelnemers uitgevoerd. Met dit beleggingskapitaal kan door de deelnemer een pensioen worden ingekocht bij ingang pensioen bij het pensioenfonds, of een externe verzekeraar of een externe partij die doorbeleggen mogelijk maakt. Resultaatbepaling Algemeen De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Directe beleggingsopbrengsten Onder directe beleggingsopbrengsten wordt bij vastrentende waarden verstaan de renteopbrengst verminderd met de kosten; bij de zakelijke waarden wordt hieronder verstaan het bruto- dividend, voor aftrek van dividendbelasting, verminderd met de kosten. De intresten van overige activa en passiva worden opgenomen op basis van nominale bedragen. Indirecte beleggingsopbrengsten Onder deze post worden de volgende resultaten opgenomen: - gerealiseerde koersverschillen bij verkopen van aandelen en obligaties; - gerealiseerde koersverschillen bij (af)lossing van leningen op schuldbekentenis en obligaties; - boetes bij vervroegde aflossingen van leningen op schuldbekentenis; - valutaverschillen met betrekking tot zakelijke waarden, vastrentende waarden, deposito’s, valutatermijntransacties en bankrekeningen in buitenlandse valuta; - niet-gerealiseerde koers- en valutaverschillen inzake aandelen, obligaties en leningen op schuldbekentenis. Kosten vermogensbeheer Dit betreft de kosten voor uitvoering vermogensbeheer die bestaan uit de aan het fonds gefactureerde kosten. Herverzekering Het fonds heeft de risico’s van overlijden en arbeidsongeschiktheid vanaf 2016 herverzekerd bij Elips Life.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NTEyODk=