Page 21 - SCA_jaarverslag_2011

Basic HTML Version

Stichting Pensioenfonds SCA Jaarverslag 2011
20
9. Premie-, Franchise- en Indexatiebeleid
9.1 Premiebeleid Ring H
De pensioenpremie voor de thans geldende
pensioenregelingen is per 1 januari 2011 vastgesteld op
19,4% van de salarissom. Deze bestaat uit de volgende
componenten:
Pensioenpremie Ring H (% salari ssom)
2011
2010
Basisregeling
14,6% 13,8%
Beschikbare Premieregeling 2,0% 2,6%
Overgangsregeling
2,8% 3,0%
Totaal
19,4% 19,4%
De vastgestelde premie van 19,4% betekende geen
wijziging van de voor het jaar 2010 vastgestelde premie.
De onderneming heeft de gehele premiebetaling in 2011
voor zijn rekening genomen.
De bijdrage van de (aangesloten) onderneming(en) is
vastgelegd in artikel 4 van de uitvoeringsovereenkomst
(per 1 januari 2009) met het fonds:
1. De door de vennootschap verschuldigde jaarbijdrage
voor de pensioenregeling voor 55-plussers en het
gedeelte van de pensioenregeling voor 55-minners dat
betrekking heeft op een uitkeringsovereenkomst,
wordt vastgesteld op basis van de volgende
uitgangspunten.
a. De bijdrage bedragen voor elke deelnemer
minimaal de kostendekkende premie. Voor 2010
is deze vastgesteld op 13,8% van het
pensioengevende salaris zoals vastgelegd in de
reglementen.
b. Voor ieder volgend jaar is de bijdrage afhankelijk
van de geschatte dekkingsgraad per 31 december
van het voorgaande jaar, zijnde het quotiënt van
de marktwaarde van de beleggingen vermindert
met de kortlopende schulden enerzijds en de
voorziening pensioenverplichtingen, berekend
volgens de grondslagen van de Stichting, zoals
vastgelegd in de ABTN, anderzijds.
-
Indien de geschatte dekkingsgraad lager is dan
105% stort de werkgever binnen een jaar bij
tot 105%.
-
Indien de geschatte dekkingsgraad beneden de
vereiste dekkingsgraad op grond van het
Financieel Toetsingskader ligt (buffergrens),
wordt de premie het volgende jaar maximaal
2%-punt hoger.
-
Indien de geschatte dekkingsgraad 20%-punt
boven de vereiste dekkingsgraad op grond van
het Financieel Toetsingskader ligt
(buffergrens), kan de premie met maximaal
2%-punt verlaagd worden; de premie zal
echter niet lager zijn dan de kostendekkende
premie.
-
Indien de geschatte dekkingsgraad 30%-punt
boven de vereiste dekkingsgraad op grond van
het Financieel Toetsingskader ligt
(buffergrens), rekening houdend met de
premierestitutiegrens zoals gedefinieerd in de
Pensioenwet, kan de vennootschap verzoeken
het bedrag boven deze grens te restitueren.
-
Indien in de loop van het jaar blijkt dat de
premie op basis van de werkelijke
dekkingsgraad per 31 december van het
voorgaande jaar afwijkt van de premie die is
vastgesteld op basis van de geschatte
dekkingsgraad per dezelfde datum, wordt de
premie voor het lopende jaar alsnog
vastgesteld op basis van de werkelijke
dekkingsgraad per 31 december van het
voorgaande jaar.
-
Indien in de loop van het jaar blijkt dat de
geschatte dekkingsgraad op enig moment in
het jaar lager is dan 105%, zal op dat moment
bekeken worden of aanpassing van de bijdrage
noodzakelijk is.
c. Deze methodiek wordt iedere 3 jaar door de
vennootschap en de stichting gezamenlijk
geëvalueerd, te beginnen met de bijdrage voor
2012. Indien in een situatie van een eventueel
herstelplan blijkt dat op basis van deze methodiek
het beoogde doel uit het herstelplan niet bereikt
kan worden, is het mogelijk deze methodiek ter
discussie te stellen.
2. De door de vennootschap verschuldigde jaarbijdrage
voor de Flexibel Prepensioen 55-plussers bedraagt
3% van het pensioengevende salaris zoals vastgelegd
in het bijbehorende reglement. De door de
vennootschap verschuldigde jaarbijdrage voor het
gedeelte van de pensioenregeling 55-minners dat
betrekking heeft op een premieovereenkomst, is gelijk
aan het leeftijdsafhankelijk percentage van de
pensioengrondslag plus een vast bedrag conform de
staffel uit het desbetreffende pensioenreglement.
3. Daarnaast betaalt de vennootschap een zodanige
additionele bijdrage voor uitvoering van de
overgangsmaatregelen zoals opgenomen in de
reglementen en vastgelegd in de geldende met de
vakverenigingen overeengekomen collectieve
arbeidsovereenkomst. Voor 2009 bedraagt deze
additionele bijdrage voor iedere deelnemer 5,6% van
het pensioengevende salaris zoals vastgelegd in de
reglementen, vermindert met de bijdrage zoals
gedefinieerd in lid 2 van dit artikel. De additionele
bijdrage wordt eens per vijf jaar getoetst. Indien blijkt
dat de bijdrage niet toereikend is, zal de vennootschap
in overleg treden met de vakverenigingen om tot
nadere afspraken te komen.
4. De vennootschap is de in lid 1 t/m 3 bedoelde premie
verschuldigd aan de Stichting.