Stichting Pensioenfonds SCA Jaarverslag 2016
12
5. Governance pensioenfonds
5.1 Samenvatting
Goed bestuur (governance) heeft vier hoofdelementen:
1.
Organisatie van goed bestuur, deskundigheid;
2.
Vermogensbeheer conform prudent person principe;
3.
De ambitie hebben om voor stakeholders ‘good-practice’
beleid en uitvoering te realiseren, kostenbeheersing;
4.
Inzicht en controle over risicobeheersing;
5.
‘In control’ zijn op beleid en uitvoering.
Het bestuur heeft een sterke focus op goede governance en is van
mening dat zij via goede organisatie ‘in control’ is op beleid en
uitvoering en dat risico’s acceptabel zijn.
5.2 Toelichting
Ad 1 Organisatie van goed bestuur:
Het bestuur voert doorlopend evaluatie uit van de organisatie van
‘het besturen’. In 2016 heeft het wederom vastgesteld dat de
huidige organisatie en opzet in alle facetten voldoet.
Stichting Pensioenfonds SCA kiest voor een paritair bestuur en
werkt voor continuïteit en kwaliteitsbewaking met een (fulltime)
directie. Er is een (1) bestuurscommissie, de Investerings
Commissie. Dit is een adviescommissie voor het bestuur en heeft
geen besluitbevoegdheid, behoudens in opdracht van het bestuur.
De commissie bestaat in totaal uit zes leden, twee leden namens het
bestuur (paritair), drie externe leden en de voorzitter. De voorzitter
is de directeur van het fonds om optimale afstemming tussen
bestuur, commissie en vermogensbeheerders te garanderen. Alle
leden dienen deskundig te zijn op het gebied van vermogensbeheer.
Zij worden benoemd/ontslagen door het bestuur. Sinds 2007
voldoet deze opzet uitstekend en biedt het ruim voldoende ‘counter-
vailing’ power voor het bestuur versus bijvoorbeeld externe
dienstverleners als de fiduciair manager.
Deskundigheid:
Het fonds hanteert een deskundigheidsplan. Alle
leden van het bestuur voldoen aan de deskundigheidseisen. In 2016
zijn kandidaat-bestuurders en aspirant leden van de IC intern en
extern opgeleid. Het bestuur heeft in 2016 permanente educatie
georganiseerd, tevens voor het Verantwoordings-orgaan. Zie ook
Hoofdstuk 3 Toelichting bestuur en organisatie
. Diverse
beleidsdocumenten zijn aan de orde in relatie tot deze organisatie
van goed bestuur.
Ad 2 Vermogensbeheer conform prudent person regel:
Conform wetgeving voert het fonds haar vermogensbeheer uit
conform de ‘prudent person regel’ Voor Stichting Pensioenfonds
SCA is het (beleggings)risicobeleid vastgesteld en gedefinieerd
door sociale partners (SCA en werknemers) op basis van
vooronderzoek door het pensioenfonds. Hier wordt de basis gelegd
voor beleggingen binnen een strikt risicoprofiel ten opzichte van de
verplichtingen en de ambitie voor indexatie met als kern gespreid
beleggen met een optimum van rendement versus risico en kosten.
Het fonds hanteert hierbij de generieke leidraad van ‘investment-
beliefs’ met daarin Maatschappelijk Verantwoord Beleggen als
onderdeel. Er is kennis en deskundigheid over beleggingen bij het
bestuur en haar Investerings commissie, er is ruimschoots
beschikking over expertise bij diverse geselecteerde partijen. Er is
een breed raamwerk van contracten en afspraken over mandaten,
monitoring, rapportage en verantwoording over het
vermogensbeheer waardoor ook uitvoeringsrisico’s zijn weg
gemitigeerd (conform analyse Integraal Risico Management, zie
ook
Hoofdstuk. 11 Risicobeheersing
Ad 3 De ambitie hebben om voor stakeholders ‘good-practice’
beleid en uitvoering te realiseren (beleid, uitvoeringskosten)
In
Hoofdstuk 3 Organisatie en bestuur
wordt tevens missie, visie
en strategie uitgewerkt in relatie tot good-practice. Intern en extern
toezicht van het Verantwoordingsorgaan, de visitatiecommissie, de
accountant en de certificeerder geven aan dat het fondsbestuur naar
hun mening ‘in control’ is en dat het beleid en uitvoering in orde is.
-
Uitvoeringskosten
: zie
Hoofdstuk 6 Kosten.
Ad 4 Inzicht en controle over risicobeheersing
Uit de Integrale Risico Management (IRM) studie (begin 2016) is
gebleken dat alle risico’s in relatie met governance laag zijn (zie
ook
Hoofdstuk 11 Risicobeheersing
).
Ad 5 ‘In control zijn op beleid en uitvoering’
Het bestuur is van mening dat het gedurende 2016 ‘in control’ is
geweest over beleid en uitvoering. In 2016 heeft het bestuur veel
aandacht besteed aan opleiding en invulling van vacatures, aan
vermogensbeheer en communicatie met deelnemers.
Het afgelopen jaar zijn aan Stichting Pensioenfonds SCA geen
dwangsommen of boetes opgelegd. Er zijn door DNB geen
aanwijzingen aan het fonds gegeven, noch is een bewindvoerder
aangesteld of is bevoegdheidsuitoefening van organen van de
fondsen gebonden aan toestemming van de toezichthouder.
5.3 Verslag van de bestuurscommissies
Investerings Commissie, zie
Hoofdstuk 7 Vermogensbeheer.
5.4 Naleving Code Pensioenfondsen
Het bestuur heeft eind 2014 een inventarisatie uitgevoerd met
betrekking tot de naleving van de Code Pensioenfondsen. Gebleken
is dat bijna alle van de normen van de code worden nageleefd.
Navolgend een inventarisatie over de stand in 2016:
Communicatie en transparantie:
het bestuur heeft in 2016 de
effectiviteit van de ingezette communicatiemiddelen gemeten. De
communicatie wordt gewaardeerd op een cijfer 8,1. Het bestuur is
verheugd met deze hoge waardering die naar mening van het
bestuur een reflectie is van de inspanningen voor best-practice
communicatie.
Geschiktheid:
in de code is opgenomen dat het bestuur één keer in
de drie jaar een derde partij betrekt bij de evaluatie van het
functioneren van het bestuur. Het bestuur heeft in het
geschiktheidsplan opgenomen dat het bestuur zich bij de
zelfevaluatie kan laten bijstaan door een deskundige. Het niet
naleven van de Code Pensioenfondsen in deze vindt plaats omdat
het bestuur van mening is dat haar jaarlijkse zelfevaluatie
voldoende inzicht geeft en dat de betrokkenheid van een derde
partij één maal per 3 jaar, vanwege het kostenaspect, afdoende is.
In de zelfevaluatie 2016 van het bestuur stond bespreking van
beschikbaarheid, aanwezigheid op vergaderingen, deskundigheid,
betrokkenheid en openheid in onderling overleg en/of discussie met
de directie centraal. In deze zelfevaluatie is vastgesteld dat het
bestuur en de directie op al deze aandachtspunten goed scoren. Wel
is bepaald dat opleiding een structurele component door het jaar
heen moet zijn. Daartoe is rekening gehouden in de jaaragenda
2016 en 2017.
Zittingsduur en herbenoeming:
het bestuur hecht aan de continuïteit
van het bestuur en wenst daarom niet in de statuten van het fonds
op te nemen dat de zittingsduur van een bestuurslid maximaal vier
jaar is en dat herbenoeming maximaal twee keer kan plaatsvinden.
In de praktijk zal deze bepaling echter zoveel mogelijk worden
toegepast.
Diversiteit:
het fonds voert een beleid dat is gericht op diversiteit in
het bestuur en zijn organen en heeft dat vastgelegd in een
reglement. Per februari 2016 is het Verantwoordings-orgaan
‘divers’ samengesteld met de benoeming van mevrouw MSc M.R.
Ennema (34). Het bestuur voldeed hier al aan vanaf 2015.
5.5 Verwachtingen
Het bestuur verwacht aanhoudende grote aandacht te blijven geven
aan opleiding al dan niet collectief via interne en externe training.
De huidige organisatiestructuur werkt naar tevredenheid en zal op
hoofdlijnen, betreft organisatie, naar verwachting gelijk blijven.
